7 BIJLAGE 3 I BELEIDSKADER

In dit hoofdstuk wordt het relevante vigerende beleid met betrekking tot het plan toegelicht. Achtereenvolgens komt het beleid aan de orde op:

  • Ruimtelijk structuurplan Vlaanderen

  • Provinciaal structuurplan Antwerpen

  • Gemeentelijk niveau

  • Masterplan Mobiliteit Antwerpen

  • Biologische waarderingskaart

  • Archeologische adviesplicht

  • Erfgoedwaarde

 

7.1 Ruimtelijk structuurplan Vlaanderen

Het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) werd door de Vlaamse Regering in 1997 goedgekeurd.

Binnen het RSV is Antwerpen opgenomen binnen het stedelijk netwerk van de Vlaamse Ruit. Een stedelijk netwerk is een complementair en samenhangend geheel van stedelijke gebieden en van structuurbepalende elementen van het buitengebied die verbonden zijn door infrastructuren (wegen, spoorwegen, kanalen,…). Antwerpen vormt aldus één van de polen van een stedelijk netwerk dat internationale betekenis heeft omwille van het internationale karakter en de internationale rol van dit gebied. Volgens het RSV moet het stedelijk beleid volgende doelstellingen nastreven:

  • Het stimuleren en concentreren van activiteiten;

  • Het vernieuwen van de stedelijke woon- en werkstructuur door strategische stedelijke projecten;

  • Het ontwikkelen van nieuwe woningtypologieën en kwalitatieve woonomgevingen;

  • Het leefbaar en bereikbaar houden door andere vormen van stedelijke mobiliteit en door locatiebeleid;

  • Het verminderen van het ongeordend uitzwermen van functies.

 

Er zijn ontwikkelingsperspectieven vooropgesteld voor de grootstedelijke gebieden. Met betrekking tot wonen worden o.a. minimale woondichtheden, een differentiatie en verbetering van de woningvoorraad, een versterking van de multifunctionaliteit vooropgesteld.

Het ruimtelijk structuurplan Vlaanderen legt aan het grootstedelijk gebied Antwerpen de taak op om ruimte voor ongeveer 40.000 bijkomende woningen te voorzien. In de eerste plaats biedt het bestaand weefsel hiervoor nog mogelijkheden door bijvoorbeeld herbestemming, verdichting, hergebruik of opsplitsing. Ten tweede moeten hiervoor ook nieuwe locaties worden aangeduid. Dit gebeurt bij de afbakening van het grootstedelijk gebied. Omwille van de duidelijke behoeften en om te kunnen concurreren met het buitengebied (waar nog een aanzienlijke juridische voorraad aan bouwgronden bestaat) moeten ook op korte termijn grootschalige woningbouwprojecten worden gerealiseerd.

7.2 Ruimtelijk structuurplan provincie Antwerpen

Het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Antwerpen werd in januari 2001 definitief vastgesteld.

In het structuurplan worden 4 grote hoofdruimten aangeduid binnen de provincie, waarvan de ‘Antwerpse fragmenten’ van toepassing is voor het RUP. Karakteristiek voor de hoofdruimte is de sterke verwevenheid van functies en activiteiten.
Aan deze hoofdruimte wordt een beleid gekoppeld van omgaan met fragmentatie: de verdergaande fragmentatie van de provincie Antwerpen wordt binnen de grenzen van de ‘Antwerpse fragmenten’ gehouden. De kwaliteit van de woonomgevingen moet worden verhoogd, met nieuwe nederzettings- en woontypologieën, nabijheid van voorzieningen, goede verplaatsingsmogelijkheden en groenstructuren.

7.3 Masterplan mobiliteit Antwerpen

Het Masterplan Mobiliteit Antwerpen werd door de Vlaamse Regering op 15 december 2000 goedgekeurd. Dit Masterplan omvat onder andere de ‘tramlijn Ekeren’, een tramverbinding tussen het centrum van de stad met Ekeren.

7.4 Biologische waarderingskaart

De biologische waarderingskaart geeft aan dat in de omgeving van het plangebied waardevolle tot zeer waardevolle gebieden voorkomen. Het betreft met name de Oude Landen en een gebied binnen de wijk Rozemaai. De Oude landen is tevens faunistisch een belangrijk gebied.

 

[image][image]Figuur 19 I Biologische waarderingskaart

7.5 Archeologische adviesplicht

Het betrokken gebied is gesitueerd in een zone die op de lokale archeologische advieskaart wordt aangeduid als archeologisch onderzoeksgebied, waarin archeologische sites bekend zijn.

De zones bevinden zich binnen een gebied met langdurige en continue bewoning, zodat vanaf de middeleeuwen archeologische sporen kunnen verwacht worden. In de omgeving van het Groot Hagelkruis werden in het verleden sporen uit de ijzertijd gedocumenteerd, zodat het gebied niet enkel archeologisch relevant is vanwege de ligging in een historisch nederzettingsgebied, maar er ook sporen uit een verder verleden te verwachten zijn.

7.6 Erfgoedwaarde

Binnen het plangebied bevinden zich twee gebouwen die opgenomen zijn in de inventaris Bouwen door de eeuwen heen. Door besluit van de administrateur-generaal van 14 september 2009 is de inventaris bouwkundig erfgoed (Bouwen door de eeuwen heen) vastgesteld. Op 2 juli 2010 hechtte de Vlaamse regering haar definitieve goedkeuring aan dit besluit.

De vastgestelde relicten uit de inventaris bouwkundig erfgoed binnen het plangebied van het RUP zijn:

  • Steenstraat nrs. 37-39, een neoclassicistisch ensemble

  • Steenstraat 101, een dubbelhuis