105 Oppervlakte | |
105.1 Bebouwde grondoppervlakte * Bruto-vloeroppervlakte van het vloerniveau ter hoogte van het maaiveld (voetafdruk) op een perceel of terrein, inclusief de overdekte, niet-afgesloten terrassen. zie 105 Oppervlakte 105.2 Bebouwing-terreinindex (B/T) De verhouding tussen de bebouwde grondoppervlakte en de totale oppervlakte van het terrein. zie 105 Oppervlakte 105.3 Bruto bovengrondse vloeroppervlakte (BBVO) De som van de totale bruto-vloeroppervlakten van de bovengrondse vloeren. Ondergrondse constructies of kelderverdiepingen die niet meer dan 1,5 m boven het maaiveld uitkomen worden niet meegerekend in de totale oppervlakte van de bovengrondse vloeren. zie 105 Oppervlakte 105.4 Bruto vloeroppervlakte (BVO) * De bruto vloeroppervlakte is de som van de bruto-vloeroppervlakten van alle vloerniveaus. Vloerniveaus zijn bij voorbeeld verdiepingen, geheel of gedeeltelijk in de grond, verdiepingen boven de grond, verdiepingen voor installaties, dakverdiepingen, zolders. De bruto-vloeroppervlakte van ieder vloerniveau volgt uit de buitenomtrek van aan het gebouw begrenzende bouwdelen op vloerhoogte. Hierbij zijn de buitenvlakken van de begrenzingen bepalend. De oppervlakte van trappen, liften en installatieschachten dienen op elk vloerniveau tot de bruto vloeroppervlakte te worden gerekend.
zie 105 Oppervlakte 105.5 Constructieoppervlakte * De constructieoppervlakte van een gebouw is de oppervlakte van de horizontale doorsnede van de verticale opgaande bouwdelen, bijvoorbeeld wanden, kolommen, borstweringen, niet toegankelijke schachten, e.d. De constructieoppervlakte moet uit de afwerkmaten ter hoogte van de vloer voor ieder vloerniveau afzonderlijk worden bepaald. De oppervlakte ingenomen door deuropeningen, incidentele nissen en uitsparingen dienen tot de constructieoppervlakte worden gerekend, indien zij kleiner dan 0,5 m² zijn. De oppervlakte ingenomen door plinten moet niet tot de constructie-oppervlakte worden gerekend. zie 105 Oppervlakte 105.6 Dakoppervlakte * Verticale projectie op een horizontaal vlak van de buitenafmetingen van het dak. zie 105 Oppervlakte 105.7 Groen-terreinindex (G/T) De verhouding tussen de oppervlakte groen terrein en de volledige terreinoppervlakte. zie 105 Oppervlakte 105.8 Grondoppervlakte De perceelsoppervlakte gelegen binnen de zone die mag bebouwd worden (verhardingen en dergelijke constructies, geen gebouw zijnde, niet inbegrepen). zie 105 Oppervlakte 105.9 Maximale bebouwing-terreinindex (B/T max) Getal dat de maximale bebouwbare oppervlakte aangeeft van een perceel of een terrein. zie 105 Oppervlakte 105.10 Netto handelsoppervlakte De oppervlakte van een handelszaak, uitgezonderd de opslagruimten, de bureelruimten en de sociale ruimten. zie 105 Oppervlakte 105.11 Netto vloeroppervlakte * De netto vloeroppervlakte is de vloeroppervlakte gemeten tussen de begrenzende bouwdelen. Ze wordt berekend als het verschil van de bruto vloeroppervlakte en de constructieoppervlakte.
Niet tot de netto vloeroppervlakte behoren:
zie 105 Oppervlakte 105.12 Vloer-terreinindex (V/T) Verhouding tussen de som van de totale bruto-vloeroppervlakten van de bovengrondse vloeren en de betrokken terreinoppervlakte. Ondergrondse constructies of kelderverdiepingen die niet meer dan 1,5 m boven het maaiveld uitkomen worden niet meegerekend in de totale oppervlakte van de bovengrondse vloeren. zie 105 Oppervlakte |